Het concert van het ZPhO stond dit maal onder leiding van de jonge dirigent Ivo Meinen.
Hij opende het programma met de ouverture “Mein Heim” van de Tsjechische componist Antonin Dvoràk. Dvoràk schreef een vijftal ouvertures die we minder vaak horen dan zijn symfonieën, maar het zijn zeker boeiende stukken vol Slavische invloeden.
Vervolgens stond “Les nuits d’été” van Hector Berlioz op het programma met als soliste de mezzosopraan Karin Strobos. Zij vertolkte de prachtige liederen, op teksten van Théophile Gautier buitengewoon beeldend en intens muzikaal, mooi bijgestaan door het subtiel begeleidend orkest. Een naam om te onthouden! En ze paste mooi in de reeks voortreffelijke solisten die ik in de laatste jaren bij het ZPhO heb mogen horen.
En dan na de pauze Beethovens vijfde symfonie. Het is altijd een beetje gevaarlijk zo’n overbekend stuk op het programma te zetten. Men gaat gauw vergelijken met de CD die men thuis heeft of met de uitvoering die men in Amsterdam heeft gehoord. Maar het ZPhO deed zijn uiterste best en vooral in het tweede deel, het andante con moto, viel de mooie klank van de houtblazers op. Alleen vergat Ivo Meinen soms wel eens dat hij voor een amateur orkest stond en nam hij de tempi wel erg snel, waardoor vooral de hoge strijkers nog wel eens in moeilijkheden kwamen. Maar het zoals gebruikelijk zeer talrijke publiek gaf met een langdurig applaus blijk het gebodene zeer gewaardeerd te hebben.
Jan Wittenberg